Maria die zoude naar Bethlehem gaan
A0 0 0 1 0 0 3 3 1 2 3-
Kerstavond voor de noe- ne*
A3 0- 1 0- 3 3-2 3
En Jo- sef zoud’ al met haar gaan
A0 3E0 1 0- A3 43 2 1
Al om haar gezelschap te hoe——-den.
A0 0 1 2 3 3 2 101 0
*Kerstavond vóór de noene… De noene is een gebed op het negende uur. Dit negende uur was flexibel ten opzicht van het jaargetijde, en wordt in deze tijd omstreeks 15 uur gehouden
Maria, die zoude naar Bethlehem gaan Kerstavond voor den noene
Sint Josef zoud’ al met haar gaan
Al om haar gezelschap te hoeden
Het hageld’ en sneeuwde, het was er zo koud De rijp lag op de daken
En Jozef tot Maria sprak
“Maria wat zullen wij maken?” ( maken = doen)
Maria die zeide: ” Ik ben er zo moe,
laat ons een weinig rusten.
Laat ons een weinig verder gaan,
in een huizeke zullen wij rusten.”
Zij kwamen – een weinig verder gegaan –
tot aan een boerenschure.
’t Is daar waar ’t kind Jezus geboren werd; daar sloten noch vensters noch deuren.
Het kleine Kind weende, Maria die zong
Gods eng’len uit den tronen
Zij kwamen tezamen nedergedaald
Zij kwamen Maria kronen
Jingle bells
Jingle bells Jingle bells Jingle all the way
A2 2 2 – A2 2 2 – A2 E0 A0 1 2 —
O what fun it is to ride in a one horse open sleigh
A 3 3 3 3 3 2 2 2 2 2 1 1 2 1- E0-
Jingle bells Jingle bells Jingle all the way
A2 2 2 – A2 2 2 – A2 E0 A0 A1 A2 —
O what fun it is to ride in a one horse open sleigh
A 3 3 3 3 3 2 2 2 2 E0 0 A3 1 A0 -E3
Stil nu
Stil nu stil nu, maak nu geen gerucht
E0 -A2- E0 -A2- A3 2 3 4 2-
Stil nu stil nu, ‘t ruist al door de lucht
E0 -A2- E0 -A2- A3 2 3 4 2-
’t Wonder komt heel zachtjes aan
A1 1 3 3 2 2 E0-
’t Kerstkind wil naar binnen gaan
A1 1 3 3 2 2 E0-
Stil nu stil nu, maak nu geen gerucht
E0 -A2- E0 -A2- A3 2 3 4 2-
Midden in de winternacht
Midden in de winternacht, ging de hemel open
A2 1 0 E0 0 3 2- E0 A0 3 2 1- 0
Die ons ’t heil der wereld bracht, antwoord op ons hopen
A2 1 0 E0 0 3 2- E0 A0 3 2 1- 0
Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet?
E3 3 2 2 1 1 0 E3 3 2 2 1 1 0
Laat de citers slaan, blaast de fluiten aan
A2 3 E0 1 0 A2 3 E0 1 0
Laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
A2 3 E0 A2 3 E0 A2 3 E0 0 1 0
’t Kerstkind is geboren!
A2 0 3 2 1-0